Psychosociale risico's (2de deel): hoe reageren?
In het eerste deel van de quiz leerden we over de psychosociale risico's op het werk.
Laten we nu eens kijken wat je kan doen als je ermee te maken hebt en je je niet goed voelt op je werk.
Start deze quiz om meer te weten te komen over de bestaande oplossingen. Lees aandachtig de uitleg na elke vraag.
Deze quiz omvat 9 vragen.
Quiz samenvatting
0 of 9 vragen completed
vragen:
Informatie
Je hebt de quiz al eerder voltooid. Daarom kun je hem niet meer opnieuw starten.
Quiz is aan het laden…
Je moet inloggen of inschrijven om de quiz te starten.
U moet eerst het volgende invullen:
Resultaten
Resultaten
0 van de 9 vragen correct beantwoord
Uw tijd:
De tijd is verstreken
Je hebt 0 van 0 punt(en), (0)
Behaalde punt(en): 0 of 0, (0)
0 verslag(en) in afwachting (mogelijke punt(en): 0)
Categorieën
- Niet gecategoriseerd 0%
- 1
- 2
- 3
- 4
- 5
- 6
- 7
- 8
- 9
- Huidig
- Review
- Beantwoord
- Goed
- Fout
-
Vraag 1 of 9
1. Vraag
1) Je werkt in een winkel. Een collega lacht je altijd uit in het bijzijn van klanten. Je voelt je eigenlijk slecht op het werk. Wat doe je?
GoedFout -
Vraag 2 of 9
2. Vraag
2) Je werkt in een groot bedrijf. Jouw verantwoordelijke geeft je elke dag complimentjes over jouw uiterlijk. Je bent het beu en je wilt dat het stopt. Hij is echter je overste en je durft hem niet te vragen om te stoppen. Wat is volgens jou het eerste dat je zou moeten doen?
GoedFout -
Vraag 3 of 9
3. Vraag
3) In het bedrijf waar je werkt is er geen “vertrouwenspersoon” aangeduid. Eén van je collega’s beledigt je echter regelmatig omdat hij vindt dat je niet snel genoeg werkt. Je kan de situatie niet meer aan en wil reageren maar je bent bang voor een conflict met jouw collega. Welke oplossingen zijn er voor jou beschikbaar?
GoedFout -
Vraag 4 of 9
4. Vraag
4) Bij het onthaal in een bedrijf waar je zal gaan werken, geeft de HR manager je een document met de contactgegevens van verschillende externe personen. Je vindt er onder andere de naam van de “preventieadviseur psychosociale aspecten”.
Kies uit de lijst de opdrachten die volgens jou aan hem zijn toegewezen:
GoedFout -
Vraag 5 of 9
5. Vraag
5) Werknemers kunnen twee soorten interventieverzoeken indienen bij de preventieadviseur-psychosociale aspecten. Welke denk je?
GoedFout -
Vraag 6 of 9
6. Vraag
6) Je werkt in een supermarkt. Alles verliep altijd vlot, maar plots komt een ontevreden klant heel agressief op je af. De toon stijgt en je voelt je overweldigd door de gebeurtenissen. Wat kan je doen?
GoedFout -
Vraag 7 of 9
7. Vraag
7) Wat is “het register van de feiten door derden” in een bedrijf?
GoedFout -
Vraag 8 of 9
8. Vraag
8) Uit het register van de feiten door derden van het bedrijf waar je werkt blijkt dat het aantal agressies door klanten is toegenomen. Het bedrijf besluit een risicoanalyse uit te voeren en vraagt alle werknemers mee te werken aan het zoeken naar oplossingen. Iedereen plakte post-its op een bord met hun ideeën. Help de “preventieadviseur” bij het schrijven van zijn rapport door dit allemaal op een rijtje te zetten.
Sleep de door de werknemers voorgestelde oplossingen naar de vakjes die overeenkomen met het soort maatregelen in kwestie.
Sorteer elementen
- Onderzoek welke factoren/elementen in het bedrijf en het werk kunnen bijdragen aan het ontstaan van ongewenste gedragen
- Een toonbank plaatsen waarbij het personeel ver genoeg verwijderd is van de klant
- Installeer een informatiebord en zet een ticketsysteem op voor klanten
- Organiseer het werk zodat collega's altijd met twee werken
- Informeer werknemers over wat ze moeten doen in geval van agressie
- Leer hoe je met conflicten omgaat
- Bespreek regelmatig met collega's de feiten die zich hebben voorgedaan en hoe deze laatsten hebben gereageerd om hiervan te leren
-
Risicoanalyse
-
Indeling van de werkruimte
-
Organisatie van het klantenonthaal
-
Organisatie van het werk van de medewerkers
-
Opstellen van een noodprocedure
-
Opleiding van het personeel
-
Bewaken en verbeteren van procedures
GoedFout -
Vraag 9 of 9
9. Vraag
9) Stress op het werk wordt veelal veroorzaakt door de werkorganisatie. Er zijn factoren waar het voor de werknemers moeilijk is om te handelen (bijvoorbeeld het aantal mensen in dienst, de hoeveelheid werk die aan elk van hen is toegewezen, onvoorziene gebeurtenissen, enz.), maar er zijn kleine trucjes om te veel stress te voorkomen en te beheren.
Neem het voorbeeld van Samia die opdient in de zaal van een restaurant.
Schuif elk van Samia’s ‘antistress’-gewoonten naast de stressfactor waar ze tegen vecht.
Sorteer elementen
- Samia wijst op de problemen die ze tegenkomt in haar werk en stelt oplossingen voor om de service te verbeteren
- Samia controleert vooraleer ze start of al haar materiaal beschikbaar, goed opgeborgen en gemakkelijk toegankelijk is
- Samia verwijdert alles wat tussen de tafels in de weg zou kunnen staan
- Samia bespreekt met haar collega's de werkdagorganisatie en de taken van iedereen
- Samia draagt kledij waarin ze zich goed voelt in al haar bewegingen en comfortabele schoenen
- Samia informeer zich over de dagelijkse gerechten en menu's om de klanten correct te kunnen in te lichten
- Samia doet één ding tegelijk, blijft aandachtig voor klanten, maar laat zich niet overweldigen. Alles op zijn tijd.
- Aan het einde van de werkdag kijkt Samia terug naar de vriendelijke klanten die ze ontmoette en is overtuigd dat ze haar best gedaan heeft voor de overgen: hun frustratie was niet persoonlijk voor haar bedoeld
-
Probleem bij de organisatie van het werk/gebrek aan deelname
-
Gebrek aan materiaal/wanorde
-
Rommelige/wanordelijke werkplek
-
Slecht omschreven taken/verwarring omtrent rol in het team
-
Ongemak/lichamelijke hinder
-
Gebrek aan informatie en communicatie
-
Tegenstrijdige of gelijktijdige vereisten/richtlijnen/overbelasting
-
Gebrek aan erkenning/overweging
GoedFout